"U heeft weer boezemfibrilleren".
Er was geen woord Spaans bij wat mijn eigen hartdeskundige me over de telefoon meedeelde. Het had war moeite gekost om hem aan de lijn te krijgen. De telefoonbewaaksters vonden het blijkbaar maar raar dat ik twee dagen eerder het prachtige aanbod had afgewezen om zomaar, halsoverkop, even een cardioversie te laten doen. Op advies van een hartspecialist die ik niet eens kende. Maar artsen moet je vertrouwen, toch? Nou, als je arts A niet zonder meer vertrouwd, waarom moet je dan persé arts B extra spreken? Oké, het is je eigen arst B maar toch.
Na zeeeeer lang smekend aandringen (ik zag mezelf bijna op de knietjes liggen) verwaardigde de telefoonbewaakster zich om toch, opeens, plotseling, toch een gaatje te zien ("komt net vrij") in de telefonische agenda van mijn eigen B.
Hij was dus duidelijk zoals ik hem ken. Er is gewoon cardioversie nodig. Ditmaal niet met medicijn maar met een heuse elektrische schok. Waarna hij, breedsprakig als altijd, uitlegde dat als dat niet hielp er altijd nog zo iets als ablatie is.
Stap voor stap dokter! Dan maar eerst die cardioversie-met-schok, en graag zo snel mogelijk want volgens uw collega A was er spoed bij. Die wilde me gelijk al op de tafel. Hij zou zijn best doen.